Website welke de oorspronkelijke inwoners op onze aarde behandeld. Over natives - IndianSpirits

Over natives - IndianSpirits

Ga naar de inhoud

Hoofdmenu

Over natives

De prairie-indianen gebruiken voor hun kleding geen stof maar dierenhuiden oftewel leer. Deze huiden zijn afkomstig van bizons, herten of schapen.
Alle onderdelen van een dier dat door de mannen gedood wordt met de jacht, worden gebruikt. Zo wordt de huid dus voor (o.a.) kleding gebruikt.
Voordat de huid voor kleding gebruikt kan worden, moet het een aantal behandelingen ondergaan. Dit werk wordt door de indiaanse vrouwen verricht.
De huid wordt eerst met een mengsel ingewreven. Dit mengsel bestaat uit dierlijke hersenen, levers, as en vet. Vervolgens laten de vrouwen de huid in kokend water weken en kneedden, trekken en rekken de vrouwen de huid net zolang tot het lekker zacht en soepel aanvoelt.
Als de huid zo zacht is, wordt de huid in stukken gesneden. De huid van de voorpoten wordt gebruikt om mouwen van te maken. De rest van de huid is groot genoeg om een tuniek of een jurk van te maken.
Een tuniek of jurk bestaat uit 2 huiden die aan elkaar genaaid werden. Het naaien doen de indianen met peesdraden, afkomstig van de bizon. De huid is te dik om meteen met een naald (gemaakt van bizonbeenderen) er doorheen te kunnen komen. Daarom worden er eerst gaten in de huid geslagen met een benen priem.
Als de vrouwen klaar zijn met het naaien is de kleding nog niet klaar. De indianen versieren hun kleding altijd met prachtige kleuren, prachtige vormen, franjes en vele andere bijzondere materialen.
Kenmerkende vormen die de prairie-indianen gebruikten ter versiering zijn geometrische vormen (driehoek, cirkel, enz.) Deze vormen worden op de kleding geverfd maar ook geborduurd met paardenhaar, kralen of stekelvarkenpennen die men verschillende kleuren geeft. Ook gebruiken deze indianen elandtanden en natuurlijk veren ter versiering op hun kleding.
De versiering wordt net als het naaien door de indiaanse vrouwen gedaan.

Jong, oud, man, vrouw of kind, iedereen had een eigen indianentooi. De grootte en schoonheid van een tooi is afhankelijk van de persoon die hem draagt en de gelegenheid waarin een tooi gedragen wordt. Een opperhoofd heeft een veel mooiere en grotere tooi dan de andere, gewone mannen, vrouwen en kinderen in de stam. En tijdens een oorlog worden er speciale oorlogstooien gedragen. Aan de veren op hun tooi kun je in één keer zien wat de daden van een krijger zijn. De tooien geven altijd een betekenis weer en elke prairie-indiaan kent die betekenissen.

Evenals de indianentooien worden ook mocassins door alle prairie-indianen gedragen. Dus door mannen, vrouwen en kinderen. Deze mocassins zijn gemaakt van zacht bizonleer en zijn ook wel nodig op de vlakte. De mocassins beschermen de voeten van de indianen tegen scherpe stenen, prikkelig planten, giftige slangenbeten en insectenbeten.

Mocassins worden in verschillende stijlen en voor verschillende gelegenheden gemaakt.
Ook de mocassins zijn weer voorzien van prachtige versieringen.

Naast deze algemene kledingkenmerken van de prairie-indiaan zijn er ook nog kenmerken wat de kleding voor de mannen, vrouwen en kinderen betreft. Elke groep heeft zijn eigen kleding.
In de zomer is het erg warm op de prairie. Mannen dragen daarom alleen maar een stukje zacht gemaakt hertenleer tussen de benen, die vastgemaakt is aan een riem om hun middel. Hun benen en bovenlichaam zijn verder dien bedekt.
Vrouwen dragen in de zomer mouwloze jurken gemaakt van herten- of schapenleer.

Kinderen dragen in de zomer geen kleding. Dat is heel gewoon bij de indianen en waarom zouden ze kleding aan trekken, het is immers warm genoeg zonder.
In de winter is het andere koek. Dan is het erg koud en dan biedt de zomer kleding onvoldoende bescherming voor de indianen en dus hebben ze speciale winterkleding die wel voldoende bescherming biedt.
Mannen dragen dan strak zittende beenkappen die tot aan de heupen zitten, vastgemaakt aan een riem. Het bovenlichaam wordt nu bedekt met een knielange tuniek. Dit alles wordt door de vrouwen, van leer gemaakt.
Vrouwen dragen 's winters jurken met mouwen met daaronder beenkappen tot aan de knie die vastgemaakt worden met kousenbanden.
Kinderen dragen in de winter dezelfde kleding als hun ouders alleen dan een paar maten kleiner.
Soms is deze kleding nog niet voldoende voor de bittere winters op de prairie. Daarom is elke indiaan ook in het bezit van een eenvoudige omslag deken, gemaakt van bizonhuid met bond en al. Lekker warm dus. Op deze manier kunnen de prairie-indianen de winters wel overleven.

Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu